Informatiefiche Houtopbrengsten uit agroforestry

18/07/2024

Inleiding

Het is een waarheid als een koe dat er in agroforestry hout wordt geproduceerd. Veel moeilijker te bewijzen is dat houtverkoop een wezenlijk onderdeel kan uitmaken van het verdienmodel van agroforestryboeren. Er zijn verschillende oorzaken waarom het moeilijk is om hierover uitspraken te doen.

  • Als je mikt op een andere toepassing dan brandhout of houtsnippers, duurt het decennia vooraleer een boom afmetingen bereikt die hem interessant maken voor hoogwaardige toepassingen. Cultuurpopulieren bereiken vlot na 15 à 20 jaar diameters van 45 cm en meer wat het nog enigszins behapbaar maakt, maar bij de meeste andere soorten duurt het langer vooraleer ze een kaprijpe diameter hebben bereikt.
  • De houtprijs is van veel factoren afhankelijk en o.a. internationale tendensen zijn zeer bepalend. Vlaanderen, als zeer kleine houtproducent, heeft hier nauwelijks een invloed op.
  • De cijfers over de houtmarkt zijn gebrekkig en er doen nogal wat wilde verhalen en mythes de ronde.
  • Het jargon, de tradities en de organisatie van houtverkoop zijn heel sterk verbonden met bosbeheer en er is nog zeer weinig ervaring met en kennis over houtverkoop in de Vlaamse landbouwsector (met uitzondering van cultuurpopulieren).

De houtmarkt in Vlaanderen in volumes

Vanderheyden D. et al. (2019) geven in Bosrevue 77a een inzicht in de Vlaamse en Belgische houtmarkt tot en met 2016. Het artikel stelt dat in 2016 in Vlaanderen 851.000 m³ hout (naald- en loofhout) werd geoogst. Vandekerkhove et al. (2014) schatten in dat in Vlaanderen ongeveer 20% daarvan een andere oorsprong kent dan het bos. In 2016 was 325.000 m³ van het geoogste volume brandhout, 526.000 m³ is te beschouwen als industrieel rondhout, hout dat door de industrie in binnen- en buitenland niet rechtstreeks verbrand wordt maar verwerkt wordt tot laag- en hoogwaardige producten. Van dat rondhout werd naar schatting ongeveer de helft geëxporteerd. Wat de binnenlandse industriële verwerking betreft, werd 51% verwerkt tot plaathout (vb. OSB). 37% werd verzaagd voor toepassing in verpakkingsmateriaal (paletten en kisten). Veel kleinere aandelen werden aangewend voor de papierindustrie en afrolfineer. Het fineer wordt opnieuw vooral gebruikt voor verpakkingen (fruitkisten vb.).

Globale cijfers die de houtimport met de -export vergelijken zijn enkel voor België beschikbaar. Daaruit blijkt dat België 500.000 m³/jaar naaldhout exporteert en 2.000.000 m³/jaar importeert. Naaldhoutexport en -import doen we vooral met onze buurlanden. Wat loofhout betreft verhandelt België vooral beuk, eik en populier. In 2016 importeerden we ca. 1.200.000 m³ loofhout van deze drie soorten. De export was in 2016 goed voor ca. 500.000 m³. Bij de export van loofhout valt op dat deze vooral naar India, China, Marokko en Egypte ging. Analyses van de cijfers na 2016 hebben we niet maar de grootteordes zijn zeer waarschijnlijk dezelfde gebleven. Het is bekend dat Belgische zagerijen het lastig hebben om zich voldoende te bevoorraden en te concurreren met de exporteurs.

Hout op stam
Industrieel rondhout klaar voor verwerking

Typering en waardering van hout

Volgens bovenstaande cijfers wordt ca. 40% van het geoogste hout in Vlaanderen, verkocht als brandhout. Meestal betreft dit bomen met kleinere diameters (10 – 50 cm) of het kroonhout van dikke bomen. Soorten met een hogere dichtheid (beuk, tamme kastanje, haagbeuk) worden als beter brandhout beschouwd dan wilg en populier en die eerste halen dan ook hogere prijzen.

Hout dat naar de papier- en platenindustrie (OSB, MDF) gaat wordt vezelhout genoemd. Hiervoor gelden geen hoge kwaliteitseisen maar sommige fabrieken stellen wel eisen wat versheid (hoe lang geleden is het gekapt) of soorten betreft. Hout dat verzaagd wordt tot balken van verschillende diameters wordt profielhout of verspaningshout genoemd. Hiervoor gelden vaak geen strenge kwaliteitseisen (lichte kromming is toegelaten en noesten zijn van weinig belang) maar de maximum stamdiameter ligt op 50 cm. Paalhout is vervolgens al het hout dat gebruikt wordt om palen van te fabriceren, afhankelijk van de toepassing gelden er soorteisen en kwaliteitseisen. Tamme kastanje en robinia zijn gekende soorten voor paalhout. Kisthout wordt vooral uit populier en naaldhout vervaardigd. Voor deze toepassing mogen de stammen niet te krom zijn en niet te veel noesten bevatten.

Zaaghout is de verzamelnaam voor het hout dat verzaagd wordt tot planken die voor allerlei toepassingen (meubelmakerij, gevelbekleding, damwanden) gebruikt worden. Voor dit hout gelden vaak strenge kwaliteitseisen: recht, weinig noesten, minimale lengte van 2,5 m, minimale diameter van 50 cm. Hout met de hoogste kwaliteit (dik, recht, foutvrij) wordt verwerkt in de fineerderij en noemt men fineerhout. In fineerderijen worden stammen geschild of gesneden tot fineer ( platen tot minder dan 1 mm). Om dat mogelijk te maken, moet het hout foutvrij zijn. Omdat uit een dikke stam enorm veel (duizenden m²) fineer kan gemaakt worden, halen deze vaak zeer hoge prijzen: meer dan € 1000/kubieke meter hout. Voor het zaaghout en fineerhout worden er ook kwaliteitsklassen gehanteerd: A, B, C, D met A als de hoogste kwaliteit. Zie ook deze link naar Ecopedia.

Naast deze belangrijkste opdeling, bestaan er nog talloze nichetoepassingen voor hout. Vb. buxushout dat gebruikt wordt voor mondstukken van blaasinstrumenten, hout van hulst dat gebruikt wordt voor schaakstukken, eikenstammen als substraat voor shiitakepaddenstoelen of kromme bomen die voor restauratie van schepen geschikt zijn... De grote uitdaging is om dit hout bij de gebruiker te krijgen. Natuurinvest (Vlaamse overheid) verkocht al een aantal keer “Makershout”. Hier worden afwijkende stammen, stamschijven e.d. verkocht.

Houtsnippers
Houtsnippers als brandhout

Hoe wordt hout doorgaans verkocht?

Bijna al het hout in bossen in Vlaanderen wordt “op stam” verkocht. Dit wil zeggen dat de koper er zelf voor moet zorgen dat de bomen geveld en afgevoerd worden. De verkoper wordt als het ware ontzorgd. Het risico door deze manier van verkopen, is dat de koper, die zijn winst wil maximaliseren, weinig oog zal hebben voor vb. de bodem, kruidachtige vegetatie, bomen die nog blijven staan en zo snel en efficiënt mogelijk wil werken. Door verscherpte verkoopsvoorwaarden (gebruik van vaste ruimingspistes, boetes bij beschadiging van resterende bomen), professionalisering bij de boseigenaars dankzij bosgroepen, erkenningsregelingen van bosexploitanten enz. is dit probleem echter al minder groot dan vroeger. Van de prijs die de koper ontvangt zijn in dit systeem de kosten voor de exploitatie en transport ervan afgetrokken.

Het alternatief voor verkoop op stam is “liggend hout” verkopen. Bij deze manier van verkopen, is de boseigenaar/beheerder zelf verantwoordelijk voor de exploitatie en bijhorende kosten. De exploitatie gebeurt “in eigen regie”. Voordeel hiervan is dat de beheerder zelf meer kan sturen bij de exploitatie en het risico op schade zo kleiner is. Voor de verkoop van liggend hout zijn er twee mogelijkheden. In het eerste geval worden de gevelde bomen gesleept naar een stapelplaats langs een verharde weg waar kandidaat-kopers ze vandaar rechtstreeks kunnen afvoeren voor verwerking. Dit noemt men ook wel “verkoop langs de weg”. Voor topkwaliteit van eiken, noten, elsbes … die geschikt zijn voor fineer of andere hoogwaardige toepassingen (wijnvaten vb.) of zeldzame houtsoorten die voor nichetoepassingen (houtsnijwerk, instrumentenbouw) geschikt zijn kan de verkoop ook gebeuren via “houtparken”. Stammen die naar een houtpark gaan, worden vooraf beoordeeld door keurmeesters op hun kwaliteit. In onze buurlanden bestaan er al decennialang dergelijke houtparken. In Vlaanderen wordt er nu al 6 jaar met succes één georganiseerd door Natuurinvest. Hout wordt hier verkocht voor prijzen tot meer dan € 1000 per m³ hout. Het volume hout dat liggend verkocht wordt in Vlaanderen bedraagt echter slechts enkele honderden kubieke meter. Een peulschil dus t.o.v. het totaal verkochte volume op stam.

Een ander alternatieve en kleinschalige manier om liggend hout te vermarkten waarbij er een stap verder in de verwerking wordt gezet, is het werken met een mobiele zagerij. Er zijn een tiental mobiele zagerijen actief in Vlaanderen. Zoals de naam het zegt, wordt in deze setting een zagerij naar de stapelplaats van “liggend hout” gebracht en worden de bomen ter plekke verzaagt. Het biedt de mogelijkheid om een korte keten uit te bouwen of om het hout zelf te gebruiken. Zo zijn er al voorbeelden van lokale overheden die hout uit eigen parken of bossen hebben gebruikt om buitenmeubilair te vervaardigen. Uitdaging hier is wel om na het verzagen, het hout in goede omstandigheden te laten drogen (wat meerdere jaren kan duren).

Veel hout wordt openbaar verkocht via verschillende biedingswijzen. Soms wordt er ook onderhands verkocht. Voor de verschillende tradities bij die biedingen verwijzen we graag naar Ecopedia Houtmarkt. Vlaamse Boseigenaars kunnen beroep doen op de Bosgroepen voor de verkoop van hun hout. Door samenvoeging van hout van verschillende kleine boseigenaars, kunnen interessante loten samengesteld worden. Dankzij een goede kennis van de markt, slagen de Bosgroepen er in om hout aan correcte prijzen te verkopen. Agroforestryboeren zonder bos die lid worden van een bosgroep is voorlopig nog toekomstmuziek maar mogelijks is dat een piste om er voor te zorgen dat ook hout uit agroforestry op een correcte manier kan verkocht worden.

De houtprijzen

Door de sterke invloed van de internationale markt, die gekenmerkt wordt door bruuske wijzigingen (vb. massale sterfte van fijnspar de laatste jaren) en veel andere externe factoren, is de invloed van de aanbieder van het hout beperkt. Op enkele factoren heeft de beheerder/eigenaar (en grotendeels ook zijn voorganger(s)) wel invloed. Door bomen in optimale omstandigheden te laten opgroeien op de juiste standplaats en een kennis gebaseerd beheer toe te passen op basis van de doelstellingen die je voor ogen hebt, heb je wel degelijk invloed op de prijs. Een populier die na een goede begeleidingssnoei een recht doorgaande spil heeft en daarna regelmatig opgesnoeid is, mikkend op een takvrije stam van 7 à 8 m zal meer waard zijn dan een niet gesnoeide populier. Een groot voordeel dat houtverkoop heeft t.o.v. landbouwgewassen is dat je, wanneer de prijzen laag zijn, altijd kan kiezen om de oogst een of meerdere jaren uit te stellen. Naast de houtsoort en de kwaliteit is ook de diameter een bepalende factor. Bij inlandse eiken blijft de prijs per kuub zeer lang stijgen met een toenemende diameter maar vb. bij cultuurpopulier, gewone esdoorn, boskers plafonneert de prijs per kuub vanaf een diameter van 50 cm en daalt die zelfs terug vanaf te grote diameters door het toenemende risico op aantastingen (kernrot, verkleuring).

Een nadeel voor agroforestryboeren t.o.v. boseigenaars is ongetwijfeld de grootte van het totaal aangeboden volume. Grote loten worden gemiddeld aan hogere prijzen verkocht dan kleine loten. Er wordt gesteld dat die meerwaarde pas plafonneert vanaf 700 à 800 kubieke meter te vellen hout in één lot voor verkoop op stam (enkele honderden volwassen bomen dus). Gezien de schaalgrootte van agroforestry in Vlaanderen zal het voorlopig zeer moeilijk worden om deze volumes te halen. Een voordeel dat agroforestryboeren hebben t.o.v. boseigenaren is dat agoroforestrybomen vaak veel makkelijker te exploiteren zullen zijn dan in een dicht bos.

Op Ecopedia.be vind je meer info over de factoren die houtprijzen beïnvloeden.

De Nationale Federatie van Bosbouwexperten publiceert in het tijdschrift Silva Belgica, een uitgave van de Koninklijke Belgische Bosbouwmaatschappij, regelmatig voor de gangbare loof- en naaldhoutsoorten de gemiddelde prijzen die geboden worden per kubieke meter voor verkoop op stam i. f. v. de stamomtrek en de kwaliteit en ook de tendensen voor België (Tabel 1). Daarin zien we dat in het voorjaar 2024 de houtprijzen voor alle soorten constant zijn (aangeduid door een horizontaal pijltje: ) en vb. voor kwaliteitseik met een omtrek van 150 tot 179 cm op 1,5 m hoogte (diameter van 50 à 60 cm) op € 180 à € 250/m³ liggen. Voor gesnoeide populier (kwaliteitshout dus) op € 45 à € 60. Ook voor brandhout wordt een gemiddelde prijs berekend en in het voorjaar van 2024 ligt die in Vlaanderen op € 10 à € 25/stère, eveneens op stam verkocht. Voor meer regiospecifieke prijzen voor brandhout is deze link naar het brandhoutweb een goede bron.

Tabel 1: De gemiddelde prijzen in euro per kuub in de lente van 2024 van loofhout verkocht op stam in België (bron: Silva Belgica, 2024)

Tabel 1

Ten slotte is er het Houtpark. Gemiddelde verkoopprijzen voor deze hoogste kwaliteit liggen rond de € 400/kuub met maxima de laatste jaren telkens tot meer dan € 1000/kuub voor de duurste stam.

Conclusie

Een verdienmodel voor agroforestry louter gebaseerd op houtverkoop is wellicht een illusie. Zeker op de huidige schaal waarop in Vlaanderen aan agroforestry gedaan wordt. Hout is echter, mits duurzaam geproduceerd, een fantastisch materiaal met een veel lagere ecologische voetafdruk dan vb. beton, staal, plastic. De kans is daarom zeer groot dat ook in de toekomst hout een belangrijke primaire grondstof zal zijn. Wanneer je bovendien als landbouwer de stap hebt genomen om te starten met agroforestry, zijn er weinig redenen om ook niet in te zetten op een andere soort houtproductie dan brandhout of biomassa. In veel vormen van agroforestry zijn er, mits een beetje extra aandacht, wel degelijk kansen om hout te produceren voor hoogwaardigere toepassingen. In houtkanten kan je kiezen om een beperkt aantal bomen (1 om de 15 meter vb.) te beheren in functie van een lange rechte stam. Door goed zorg te dragen voor de stam van hoogstam peren, walnoten en kersen, kan op de lange termijn hoogkwalitatief hout geoogst worden. Een goede zorg voor de stam is eveneens voor de eerste bedoeling (vruchtenproductie) belangrijk. Tot slot: investeren in kwaliteitsvol hout is zorg dragen voor volgende generaties.


Bronnen


Geschreven door Sander van Daele (Bos+) binnen het project Interreg CAMBIUM.

Interreg Vlaanderen-Nederland