Informatiefiche | Projectrapport Het potentieel van laat uitlopende walnootrassen

06/06/2024

De laatste jaren zien we bij Vlaamse en Nederlandse telers en agroforestry pioniers een opvallend stijgende interesse in de teelt van walnoten. Het tijdstip van uitlopen en bloei bij walnoten is ras- en seizoensafhankelijk, waarbij sommige rassen al eind maart uitlopen en andere pas in de tweede helft van mei of later. In het laatste geval spreken we van laat uitlopende walnoten of LUW-bomen.

Notenexperten en -telers wezen op het onbenut potentieel van deze LUW-bomen in agroforestry en in meer intensieve notengaarden. Later uitlopen kan de schaduwdruk op tussengewassen in agroforestry verder beperken, maar ook het risico op schade en productieverlies door late voorjaarsvorst, dat kan optreden tot de IJsheiligen (15 mei), verlagen. Rassen die laat uitlopen worden verondersteld ook minder vatbaar te zijn voor enkele veel voorkomende ziekten en plagen bij notenbomen.

LUW-rassen zijn nog niet commercieel beschikbaar en daarom werd in samenwerking met Vlaamse en Nederlands notenkenners enthout verzameld bij moederbomen waarvan men vaststelde dat ze laat uitlopen. Deze bomen werden vermeerderd, opgekweekt en in de winter van 2020 – 2021 uiteindelijk verspreid aangeplant over zeven proeflocaties. De doelstelling van deze proef is om op lange termijn de fenologie, groei, bloei, gezondheid en finaal ook de notenproductie en -kwaliteit tussen deze verschillende rassen te vergelijken. Dit zowel tussen de LUW-rassen onderling alsook ten opzichte van de commerciële controle rassen.

Tijdens de eerste drie proefjaren werden uiteindelijk vijf proeflocaties weerhouden voor een meer gedetailleerde opvolging van de bomen. Parameters die opgevolgd werden, zijn het uitlopen van de bladeren, de bloei, de bladaantasting en de groei van de bomen. Hiertoe werden verschillende protocollen uitgewerkt.

Uit de eerste drie proefjaren bleek dat de geselecteerde LUW-bomen effectief pas na 15 mei gingen uitlopen, al zat hier ook binnen de LUW-rassen wel wat variatie in waarbij de laatste rassen pas begin juni uitliepen. De courante controle rassen liepen steevast uit vóór 15 mei. Beginnende monitoring van de bloei wees ook op bloei na 15 mei bij de LUW-bomen, wat opnieuw cruciaal is bij het vermijden van productieverlies door vorstschade. Door het beperkte aantal proefjaren moeten we nog voorzichtig omspringen met deze conclusies. Verdere monitoring in de komende jaren moeten deze nog bevestigen. Dit is nog meer het geval voor vaststellingen rond bladaantasting, waar de LUW-bomen iets minder gevoelig bleken voor aantasting van de bladeren door ziektes en plagen.

De verschillende proefaanplanten sloegen alvast goed aan, waardoor er vertrouwen is dat een verderzetting van de monitoring in de komende jaren veel interessante inzichten zal bieden. Zo ook wat betreft opbrengst, smaak en andere relevante noteneigenschappen van de LUW-rassen en hun gevoeligheid voor ziektes en plagen.

Het volledige rapport vind je hier terug.

walnoot uitlopend